Lente, lieve Lente,
je was zo gewenst, zo welkom. We hadden je zoveel willen geven. Zoveel aandacht, zoveel liefde. Wij waren voor je klaar en de wereld was voor je klaar. Zelf was je er ook klaar voor.
Je was stiekem heel erg mooi geworden in de buik van je mama. Puntgaaf. Niks mis mee, zeiden de dokteren. Prachtig meisje, graag hadden we ook je innerlijk leren kennen. We waren zo benieuwd naar je. We hadden je lach willen horen. We hadden je tranen willen drogen. Een pleister willen plakken. We hadden je in slaap willen wiegen. Een liedje voor je zingen. We hadden ’s morgens vroeg wakker gemaakt willen worden. We hadden een schommel voor je opgehangen onder de tulpenboom in de tuin. We hadden overal bij willen zijn.
Over deze nieuwsgierigheid en deze verlangens heb ik tijdens de zwangerschap een gedicht geschreven.
Mag ik erbij zijn als je je eerste stapjes doet?
Mag ik erbij zijn als je huilen moet?
En mag ik je troosten en dan wiegen
in mijn armen laten vliegen
door de kamer tot je schatert
en dan samen even later
op de bank weer even rusten
en de pap die we niet lusten
nog even laten staan
en daarna weer verder gaan
met het vliegen, met het lachen,
met het spelen op de grond.
Mag ik jouw eerste woordjes horen?
Mag ik jouw brabbeltaal verstaan?
En mag ik lachen om je grapjes
en je soms mislukte stapjes
en je vangen en weer gooien
en weer vangen en een mooie
sprookjesprins voor je verzinnen
een gesprek met je beginnen
en jij zegt iets onverstaanbaars
ik herhaal iets onherhaalbaars
en we lachen en we spelen
en we vliegen in het rond.
Het zullen deze kleine dingetjes zijn die we het meest zullen missen. Als we ergens een lege schommel zien slingeren in de wind. Of als ik de ton met knikkers zie staan, die ik heb bewaard sinds ik een jongetje was.
Wat een begin moest worden, werd een einde. Alles veranderde op dat ene noodlottige moment waar begin en einde, leven en dood, blijdschap en verdriet, samenkwamen.
In de eerste uren na de bevalling, toen ik met Lente in mijn armen naast Barbara zat terwijl ze bijkwam van de narcose, was dit het eerste dat ik op papier zette:
Op de grens tussen
geboorte en baby
stopte zij met leven.
Op de grens tussen
leven en dood
zag ik haar toekomst even.
Op de grens tussen
warm en koud
hield ik haar in mijn armen.
Ik kuste haar,
ik streelde haar,
ik wilde haar verwarmen.
Op de grens tussen
blijdschap en verdriet
kon ik niets dan wenen.
Op de grens tussen
trots en pijn
telde ik vingers, tenen.
Op de grens tussen
nu en eeuwig
werd het een kort nooit.
Ik keek naar haar,
ik hield van haar,
meer dan het nu of ooit.
Op de grens tussen
geloof en ontkenning
hield ik haar voor het raam.
Op de grens tussen
sterk en gebroken
huilde ik haar naam:
Ann Amelie Lente
je was zo gewenst, zo welkom. We hadden je zoveel willen geven. Zoveel aandacht, zoveel liefde. Wij waren voor je klaar en de wereld was voor je klaar. Zelf was je er ook klaar voor.
Je was stiekem heel erg mooi geworden in de buik van je mama. Puntgaaf. Niks mis mee, zeiden de dokteren. Prachtig meisje, graag hadden we ook je innerlijk leren kennen. We waren zo benieuwd naar je. We hadden je lach willen horen. We hadden je tranen willen drogen. Een pleister willen plakken. We hadden je in slaap willen wiegen. Een liedje voor je zingen. We hadden ’s morgens vroeg wakker gemaakt willen worden. We hadden een schommel voor je opgehangen onder de tulpenboom in de tuin. We hadden overal bij willen zijn.
Over deze nieuwsgierigheid en deze verlangens heb ik tijdens de zwangerschap een gedicht geschreven.
Mag ik erbij zijn als je je eerste stapjes doet?
Mag ik erbij zijn als je huilen moet?
En mag ik je troosten en dan wiegen
in mijn armen laten vliegen
door de kamer tot je schatert
en dan samen even later
op de bank weer even rusten
en de pap die we niet lusten
nog even laten staan
en daarna weer verder gaan
met het vliegen, met het lachen,
met het spelen op de grond.
Mag ik jouw eerste woordjes horen?
Mag ik jouw brabbeltaal verstaan?
En mag ik lachen om je grapjes
en je soms mislukte stapjes
en je vangen en weer gooien
en weer vangen en een mooie
sprookjesprins voor je verzinnen
een gesprek met je beginnen
en jij zegt iets onverstaanbaars
ik herhaal iets onherhaalbaars
en we lachen en we spelen
en we vliegen in het rond.
Het zullen deze kleine dingetjes zijn die we het meest zullen missen. Als we ergens een lege schommel zien slingeren in de wind. Of als ik de ton met knikkers zie staan, die ik heb bewaard sinds ik een jongetje was.
Wat een begin moest worden, werd een einde. Alles veranderde op dat ene noodlottige moment waar begin en einde, leven en dood, blijdschap en verdriet, samenkwamen.
In de eerste uren na de bevalling, toen ik met Lente in mijn armen naast Barbara zat terwijl ze bijkwam van de narcose, was dit het eerste dat ik op papier zette:
Op de grens tussen
geboorte en baby
stopte zij met leven.
Op de grens tussen
leven en dood
zag ik haar toekomst even.
Op de grens tussen
warm en koud
hield ik haar in mijn armen.
Ik kuste haar,
ik streelde haar,
ik wilde haar verwarmen.
Op de grens tussen
blijdschap en verdriet
kon ik niets dan wenen.
Op de grens tussen
trots en pijn
telde ik vingers, tenen.
Op de grens tussen
nu en eeuwig
werd het een kort nooit.
Ik keek naar haar,
ik hield van haar,
meer dan het nu of ooit.
Op de grens tussen
geloof en ontkenning
hield ik haar voor het raam.
Op de grens tussen
sterk en gebroken
huilde ik haar naam:
Ann Amelie Lente
5 opmerkingen:
Remi,
wat doet me dit ontzettend pijn, die woorden van totale eenzaamheid die hier uitspreken toen jij en Lente daar met zijn tweetjes zo lang op Barbara moesten wachten tot ze bijkwam uit de narcose. ik moet dan aan het radeloos gevoel denken dat je moet gevoeld hebben en dat jij tegen Bar
moest vertellen dat Lente niet mocht leven.
ik ben blij dat ik jij mijn schoonzoon bent en ik wil je bedanken voor de lieve manier waarop je voor bar zorgt en hebt gezorgd. Ik hou van jullie.
Hee Remi,
Je woorden tijdens de crematie waren zo mooi. Nooit eerder in mijn leven heb ik zo geboeid naar iemand geluisterd als naar jou op dat moment. Terwijl de tranen over m'n wangen liepen van ontroering en vreselijk verdriet, bedacht ik me tegelijkertijd dat het zoveel rust geeft als iemand deze heftige emoties zo schitterend en raak kan verwoorden.
Die indrukwekkende treurwilg, mooie muziek, het kistje met liefde gemaakt, de zon, lieve Lente en jouw prachtige woorden maakten het tot een heel bijzonder afscheid dat niet mooier had kunnen zijn.
Liefs, Iris
Lieve Remi en Barbara,
Wat een ontzettend mooie tekst! De tranen stromen meteen. Zo herkenbaar wat je schrijft. Het feit dat we nooit zullen weten hoe onze kleine meisjes zullen zijn, dat doet ontzettend veel pijn. Heel veel sterkte voor nu en in de toekomst!!
Liefs Silvia (de mama van Anouk*)
bar. wil je ook de tekst van ranfar hebben. Die staat ergens op mijn computer.
Mama
Via Omroep zeeland kwam ik op deze site.
Wat ontzettend bijzonder dat jullie dit willen delen met zoveel mensen!
het is moeilijk om de juiste woorden te vinden.
Lente....wat een mooi meisje! pure schoonheid!
Heel veel sterkte in alles!
hartelijke groeten,
Annet
Een reactie posten